Met deze blog wil ik jullie momenten van mijn ervaring met anorexia en een depressie delen. Dat er wat meer duidelijkheid komt over wat een eetstoornis echt is, dat het niet om eten gaat, het oké is om hulp te vragen en dat je lichaam iets is dat je moet geven wat het verdiend.
De puberteit – het begin Zoals de meeste in de puberteit wel een verandering krijgen in hun interesses gebeurde mij dit ook. Ik kon merken aan mijzelf en aan vrienden dat we ouder werden. Zo werden we wat rebelser en werden we nieuwsgierig om dingen uit te proberen. Voor mij was dit voor korte duur, mijn leven nam een andere wending dan de puberteit, ik ben dan – tot nu toe – ook geen ‘echte’ puber geweest. Ik merkte dat de afgelopen jaren de onzekerheid over mijn lichaam sterk toenam, ik was nog steeds gelukkig maar ik begon me er vaker naar om te voelen. Ik ben perfectionistisch, gevoelig, had de lat altijd hoog liggen, onzeker en voelde me altijd minder dan andere. Ik ontwikkelde een depressie, destijds niet wetende dat dit een depressie was. Omdat ik zo onzeker was leek minderen met eten de juiste oplossing. Zoals verwacht onderdrukte de ondervoeding mijn sombere gevoelens en voelde ik me gelukkig als de weegschaal gedaald was. Dit geluk was alleen voor korte duur en ik bleef mezelf niet goed genoeg vinden. Uiteindelijk was ik bijna volledig gestopt met eten, wat ik at compenseerde ik.
Klachten Langzaam belande ik in twee werelden, de realiteit waarbij ik alles verborgen moest houden en mijzelf moest blijven. En mijn eetgestoorde wereld, waarin in leefde voor afvallen. Ik kreeg al snel veel bezorgde reacties en mijn gewichtsverlies ging gevaarlijk snel. In het begin voelde ik me slecht, veel hoofdpijn, koud, duizeligheid, zwart zien, trillen, flauwvallen en concentratieproblemen. Na een tijdje zo geleefd te hebben begon ik andere klachten te krijgen: een trage hartslag, lage bloeddruk, raakte snel onderkoeld, last van angst- en paniekaanvallen, hartkloppingen, menstruatieproblemen, haaruitval, donsachtige haargroei en prikkelbare darmen. Slapen deed ik bijna niet meer en wanneer ik overdag te actief was kreeg ik die avond last van hallucinaties, een te lage hartslag/bloeddruk en angst. Mijn moeder heeft dan ook regelmatig ’s nachts wekkers moeten zetten om mijn bewustzijn, bloeddruk en hartslag te controleren en aan de lijn hangen met de huisartsenpost of het ziekenhuis was ook niet nieuw meer. Ik ging eigenlijk bijna niet meer naar school. Er werd gekeken of ik opgenomen kon worden in ziekenhuis, ik kreeg nog een laatste week en ik had geen regie meer over mijn leven, alles werd voor me bepaald. Achteraf gezien weet ik dat dit nodig was, ik zou nooit gestopt zijn om een ziekenhuisopname te voorkomen.
Persoonlijkheid Nergens had ik meer interesse in en verloor langzaam mijn vrienden. Ik zonderde me vrijwel alle tijd af dat ik kon. Ik was veranderd van spontaan, vrolijk, eerlijk meisje die volop genoot van het leven en de mensen om haar heen, naar een depressief, bleek afgevlakt, ongeïnteresseerd meisje waarvan haar leven één grote leugen was. Nadat ik bijna een jaar hulp heb gehad dat niet bij mij paste, maar ik ondertussen wel aankwam en toezicht op me eten had, begon ik andere coping mechanismes in te zetten. Ik wist geen raad meer met mijzelf, het leven en de eetstoornis. Ik wou helemaal niet herstellen. In de spiegel wist ik niet meer wie ik zag, op foto’s voelde ik geen verbondenheid meer met mijzelf en ik voelde mij niet meer als mijzelf. Doordat ik vergeten was wat mijn identiteit is en door mijn depressie zag ik het leven niet meer zitten, ik verloor de hoop voor de toekomst en zag mijn eetstoornis als enige oplossing. Dit is nog steeds iets waar ik dagelijks nog veel strijd mee heb.
Verleggen van je grenzen Eén van de gevaren bij een eetstoornis is naar mijn mening het verleggen van je grenzen. Dit kan zowel in de manier hoe je compenseert, je gewicht en de manier waarop je afvalt. De manieren zullen destructiever worden. Zelf heb ik hier ook ervaring mee, de dingen waarvan ik dacht dat ik ze nooit zou uitvoeren ‘want dan pas ben je echt ziek’ zijnondertussen normaal geworden, en nog wordt mij altijd wijs gemaakt dat ik niet ziek ben. Een eetstoornis zal je altijd vertellen dat het wel mee valt, dat je geen probleem hebt en dat je niet goed genoeg bent. Vaak kreeg ik te horen vanuit mijn omgeving dat ik te laconiek was over de situatie, de ernst niet inzag hoe ik er aan toe was en moest stoppen om alles te ontkennen. Het ging automatisch, zelf zag ik dit niet in, ik wou het ook niet inzien. De eerste keer dat ik besefte dat ze gelijk hadden was begin dit jaar. Ik belande op de spoedeisende hulp en zou opgenomen worden. Ik kan me niet heel veel meer herinneren van die dag. Ik lag aan de hartmonitor, er werd een bloedtest afgenomen en er werd gecontroleerd of mijn zenuwstelsel aangetast was. Nog steeds zag ik niet in dat het niet goed was waar ik mee bezig ben en dat ik niet gezond was. Mijn zenuwstelsel en bloedtest waren goed en mocht onder voorwaarde naar huis. Eén van die voorwaarde was dat ik aankomende week thuis moest blijven en moest rusten. Echter stond ik de volgende dag al weer intensief te sporten om mijn ingenomen eten te compenseren. Ja, het drong door dat ik het verkeerd inzag. Maar nee, ik kon er niet mee stoppen. Je wordt blind en beseft niet meer wat wel of niet normaal is. Tijdens de behandeling stopte ik wel eens voor een dag of 3-4 volledig met eten, ik vond het helemaal niet raar en vond dat mijn omgeving maar heftig reageerde.
Leerproces Al met al heb ik nu al onwijs veel geleerd. Zo leerde ik dat geluk en gezondheid niet vanzelfsprekend is. Er is mij iets heel duidelijk geworden, iets wat ik soms nog lastig vind om te geloven maar waar ik ook niet meer onderuit kan. Lang heb ik gedacht dat als ik slanker was (nog) meer vrienden zou hebben, mensen me sneller zouden accepteren en dat ik het makkelijker vond om mijzelf te zijn bij andere. Ik weet wel bijna zeker dat er heel veel andere ook met deze gedachten zullen rondlopen, maar alsjeblieft weet dat dit probleem in je hoofd zit en niet bij je lichaam. Ik was heel wat kilo’s zwaarder, maar had veel mensen om me heen, en was gelukkig. Nu ben ik niet alleen veel kilo’s verloren, maar ook mijn persoonlijkheid, mijn vrienden en ben ik niet gelukkig. Het doet pijn wanneer je opeens beseft dat je eigenlijk niemand meer hebt. Toch heeft mij dit wel sterker gemaakt. Ik leerde dat mensen niet altijd zijn wie je denkt of hoopt dat ze zijn. Ik was gewend altijd veel mensen om me heen te hebben, mij problemen altijd samen met andere op te lossen. Nu moest ik zelfstandiger worden en deed alles buitenhuis alleen. De mensen die je hebt zijn er voor jou, voor jou persoonlijkheid, en niet voor je lichaam. Je lichaam probeert zich zo te vormen dat het goed kan functioneren zodat jij het leven kan leiden wat je wilt. Of je afvallen/eten nou gebruikt als coping mechanisme of omdat je bepaalde overtuigingen over jezelf hebt, het is niet de oplossing. Bewegen en gezond eten draagt zeker bij aan het fijner voelen in je vel, toch heeft dit denk ik vaak meer te maken met wat er in je lichaam gebeurd dan hoe je uiterlijk veranderd. Vraag daarom ook zeker hulp als je geen goede relatie hebt met eten, sport of als je niet lekker in je vel zit. Het is niet zwak, investeren in jezelf is het beste ding wat je kan doen. Sinds kort heb ik geaccepteerd dat mijn cijfers gezakt zijn, dat ik wat langer doe over de middelbare school en ik niet volledig naar school kan. Een grote stap voor mij.
Space between staying or letting go Momenteel bevind ik mij in de fase of ik kies voor mijn eetstoornis of voor het leven. Mijn keuze veranderd dagelijks, elk uur, elke minuut. Langzaam begin ik toch stapjes te zetten naar herstel. Mijn depressie trekt, mijn eetstoornis trekt. Ik geef hier nog (te) vaak aan toe, maar alles heeft tijd nodig. Het is een lastige fase, ik voel weer en ben aangekomen. Dit heeft er toe geleid dat mijn depressie weer terug kwam. Het werd zwaarder, nu had ik immers te dealen met 2 ziektes die beide aanwezig waren. Ik heb hierdoor een tijd tegen suïcidaal aan gezeten omdat ik niet meer wist wat ik met de situatie aan moest. Ik wilde niet herstellen, ik wou terug en niets meer voelen. Een gelukkige toekomst kon ik me niet voorstellen. Helaas struggle ik hier nog veel mee.
Mijn weg Ik ben er nog lang niet, op alle fronten niet. Pas sinds kort zet ik stappen. Maar heb ook nog dagelijks de wil om terug te vallen, soms gebeurd dit, maar ik heb inmiddels de juiste mensen op mij heen die mij hier snel genoeg uit helpen, of ik het nou of niet wil. Ik weet dat ik nog een lange weg te gaan heb, en het licht in de tunnel is er helaas nog niet. Alles heeft tijd nodig en momenteel gaat het langzaam, maar dat is oké en ik heb geaccepteerd dat ik –nog- niet sneller kan. Voor het eerst kunnen we zeggen dat ik vooruitgang begin te maken. Uiteindelijk maakt het niet uit hoe of hoe snel je er komt, maar dat je er komt. Ik kan het me nu nog niet voorstellen, maar ik hoop over een tijd terug te kunnen kijken op een leerproces, met trots en vooral veel geluk waar ik gekomen ben. Ik ben dankbaar voor de mensen die me helpen en er voor me zijn, zonder hun had ik hier niet gezeten.
‘It’ll be okay’ Ik weet hoe het voelt als je niet meer wilt, je wilt opgeven en er geen vertrouwen meer in hebt. Met welke problematiek je nou problemen hebt, weet dat je niet alleen bent. Probeer hulp te vragen, probeer het bespreekbaar te maken, dat is al iets. Er zal vroeg of laat verandering in komen. Doe wat je moet doen om de strijd door te komen, wat op dat moment goed voelt, op één ding na, volledig opgeven. Je zult er komen, hoe uitzichtloos het ook lijkt en hoe moeilijk het te geloven is. Vraag hulp wanneer je dit nodig hebt, het is oké.
Auteur bekend bij Project New Me
Commentaires