Want soms mogen die er ook gewoon zijn.
Gemiddeld hebben we zo’n 40.000 gedachten per dag. En 70% daarvan is negatief. Dat zijn er 28.000 per dag. Veel hè? Gelukkig is dat dus heel normaal en hoeft het helemaal niet erg te zijn. ‘Dit kan wel eens een lastige opdracht worden’, kun je al als negatieve gedachte zien en is relatief onschuldig. ‘Ik kan niks en ga nooit wat worden’, is een iets extremer geval. Het gaat er vooral om hoe jij met de negatieve gedachten omgaat.
Gedachten zijn geen feiten
Het is heel makkelijk je in slechte gedachten te verliezen. Wanneer jij iemand een appje stuurt en die na een uur nog niet reageert, kun je de conclusie trekken dat diegene je niet aardig vindt. Maar dat is het negatieve stemmetje in jouw hoofd wat spreekt. Niet de ontvanger van het bericht. Misschien is die persoon gewoon druk en vond nog geen tijd om te reageren.
Onthoud dat gedachten geen feiten zijn. Dus: ‘dit kan ik echt niet’ is geen feit. Als je dat beseft is het makkelijker je hier overheen te zetten. Zo lang je het wel blijft zien als een feit, ga je je er ook naar gedragen en lukt het je ook niet. Je dwarsboomt jezelf dus.
Een positievere insteek
Positiever worden heeft niets te maken met de negatieve gedachten te willen tegengaan. Dat gaat namelijk niet. Ze komen voordat jij het in de gaten hebt. Het beste is dus het gewoon te accepteren. Probeer er vervolgens niet in te blijven hangen. Zoek uit waar deze gedachte vandaan komt. En draai het vervolgens om.
Het idee: ‘Ik ben echt niet fit genoeg om twintig push-ups te doen’ komt ergens vandaan. Misschien vanuit angst om te falen of dat je denkt voor gek te staan als het niet lukt. Draai de gedachte dan om ‘Ik weet niet of ik fit genoeg ben om twintig push-ups te doen, maar ga het wel proberen. Desnoods zijn het er vijftien’. Nu accepteer je de negatieve gedachte en geef je er een positieve draai aan.
Jouw opdracht voor vandaag: herken je een negatieve gedachte? Vraag jezelf af: is het waar? En probeer 'm eventueel om te draaien tot een kans.
